Tobias' droom: een behandeling tegen hersenstamkanker

De burgemeester van Zwolle

Henk Jan Meijer nam op vrijdag 30 augustus afscheid. Als burgemeester van Zwolle. Na 19 jaar. En dat is bijzonder. Hij nam gewoon afscheid. Geen rel die hem nekte. Er was geen mediabedrijf wat hem pootje haakte. Of een rancuneuze inwoner. Niks van dit alles. Gewoon speeches vol lof. Een ereburgerschap.
Burgemeester waardig.

Even een slechte dag.

Die dag zat ik ergens anders. Op kantoor. Te snikken. Want die week ging het niet lekker. Verdriet. Rouw. Tranen. Waarom? In die week startte alles weer, dus Noovie naar school. Die week ervoor was in alle hevigheid iemand overleden. En dat kan dus schommelingen teweeg brengen. Behoorlijke schommelingen.
Rouwen kan ik prima in m’n eentje. Er is namelijk ruimte. Om gewoon alles te doen wat ik op dat moment prettig vind. Tranen laten rollen. Voor me uit staren. Foto’s kijken…. al weet ik wel dat ik daarvan héél verdrietig word. Dat versterkt. Geeft ook niet.

De burgemeester.

Terwijl de burgemeester op die vrijdag zijn afscheid krijgt, dwalen mijn gedachten af naar maart 2018. De eerste mooie vrijdag van die maand. De temperatuur zacht. Het zonnetje fel. Die dag stond er iets bijzonders te gebeuren. De onthulling van het enige echte Tobias Sybesmaplein. Dat wat hem zo trots maakte. En de bekendmaking van het bedrag wat de oudejaarsactie van 2017 had opgeleverd. Voor Stichting Semmy.
Maar ja…. wie zou dat naast Tobias moeten onthullen.
De burgemeester.
Burgemeester Meijer.

Om dit plannetje werkelijkheid te laten worden, hadden we Marijke nodig. Marijke werkt bij de gemeente. En toen ze het hoorde, ging ze aan.

Hij komt.

Het is fantastisch om te zien hoe zo iets gaat in het voortraject. De eerste burgervader met een overvolle agenda. Met werkdagen van donker tot donker (zo stel ik me dat voor). Krijgt een verzoekje binnen. Of hij op een vrijdagmiddag samen met een jongen van 12, die doodziek is en niet lang meer heeft, een blauw-straat-naam-bordje-met-witte-letters wil onthullen.
Binnen een uur had ik bericht dat hij dat wilde. “Agenda is aangepast, de burgemeester komt” appte zijn management assistent mij.

Audi.

“Met wat voor auto zou hij komen?” vroeg ik aan To.
“Een Audi” zei Tobias.
“Een zwarte A8. Fonkelzwart.” voegde hij er aan toe. Hij was zo stellig dat iedereen die daar bij was, wist dat de burgemeester in een zwarte Audi A8 aan zou komen rijden.
“We gaan het zien” zei ik.

Fonkelzwart.

En zo werd het die bewuste vrijdag middag in maart. Sjaal om. Dikke jas en in de zon. Met een cheque voor stichting Semmy. En een naambord. En een doek voor er over. Met twee oranje nylon touwen er aan. Weer gefikst door de buren die altijd steunen. To en ik hielden de weg goed in de gaten. Of er een fonkelzwarte Audi A8 het ‘Tobias-Sybesma-plein-wat-onthuld-zou-worden’ op zou rijden.
Niks daarvan.
Keurig op tijd.
Op de fiets.
Een fonkelzwarte.
To knikt naar mij en knijpt z’n ogen toe. Ik knik naar hem, met mijn ogen toe. Geen Audi dus.
Hij parkeert de fiets tegen het huis van de buren op nummer 63 of 65 (dat weet ik even niet meer). En hij loopt naar Tobias en geeft een hand.

Neef Kai.

Op de onthulling van het plein waren onder andere buurtjes, vrienden, familie en Jelle (de held van Tobias) afgekomen. Oja…. ook Frans Paalman, de fotograaf die voor mooie foto’s zorgt. De burgemeester schudde hier en daar nog wat handen. En zo ook die van neef Kai. Tien jaar. En volledig onder de indruk. Van de burgemeester. Van de ambtsketting. En van de handdruk die hij van de eerste burgervader kreeg. Hij riep het uit: “ik was m’n hand nooit weer.”
Dat was natuurlijk uber-grappig.

Nevel en Leven.

Wat niet uber-grappig is maar aller-verschrikkelijkst, is de aanleiding. To was letterlijk dood- en doodziek. De afgelopen maanden keek hij de dood een aantal keer in de ogen aan. Liep de nevel in. Zo ver dat hij helemaal omhuld was. En besloot toch om te keren. En zo liep hij een aantal keer vanuit de nevel het leven tegemoet.
Dat het ernst was, begreep de burgemeester. En hij handelde ernaar. Door z’n agenda vrij te maken en te komen. Door er te zijn en te steunen.
En door samen met Tobias het, neeee zíjn, plein te onthullen. En het bedrag aan Stichting Semmy te overhandigen.

Surya Beverwijk maakte van deze speciale gebeurtenis mooie beelden.

Wat ging er in zijn hoofd om?

Na de onthulling, overhandigde hij nog een cadeau van de gemeente aan Tobias en daarna stapte hij op de fiets. Naar een volgende onderdeel. Wat moet hij gedacht hebben? Wat ging er door hem heen? Zou dit, ook voor hem, zware kost zijn? Zou hij dit uitten? Bijvoorbeeld thuis tijdens het warm eten. Of tijdens zijn werk? Of als hij met zijn vrinden een biertje drinkt in de kroeg….

Piep piep.

En zo zat ik op die vrijdagmiddag alleen op kantoor. Te werken. Voor me uit te staren. Heerlijk. Ik genoot van mijn eigen ruimte. Toen kreeg ik een appje. Piep piep. Tobias wordt genoemd in één van de speeches appte iemand. Piep Piep ging het niet veel later. Een vriendin die daar zat vertelde dat de wethouder in een anekdote Tobias aanhaalde.
Nou ik kwam die middag wel door hoor. Alsof ik vloog. De burgemeester heeft het verhaal dus verder verteld. Dat kon niet anders.
Om een beetje in het ritme te komen, zat ik die maandag weer op kantoor. Piep Piep. Een app’je. Van een moeder van een vriendinnetje van Tobias. Ze appt; “Evelien en Tobias staan in het boek van de burgemeester.”
“Wat een verrassing” dacht ik.

tobias sybesmaplein met de burgemeester

229.

Die middag reed ik naar de boekhandel. Voor dat ene boek. Ik zag het liggen. Pakte het. Boog het lichtjes, zoals de stok van een polsstokspringer. Met mijn rechterduim schoten in hoogtempo de bladzijden voorbij. Dan stop ik. Precies op die ene bladzijde. 229. Daar staat de foto. Hoe is het mogelijk.
Evelien.
Burgemeester.
Tobias.

Ik weet het zeker…. hij komt altijd terug.
Op goede dagen. Op verdrietige dagen.
Mijn eigen #koningterugkomen.

2 gedachten over “De burgemeester van Zwolle”

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.