Tobias' droom: een behandeling tegen hersenstamkanker

Het is tijd om te gaan

31 juli 2018

Maandagavond gaan Noovie en ik vroeg slapen.
De babyfoon staat bij Tobias, zo volg ik wat er beneden gebeurt. Maar veel krijg ik er niet van mee. Want ik val als een blok in slaap. Iedereen slaapt goed. We hebben geen nachtmerries. Geen slechte dromen.
En gelukkig blijven we onze slaap pakken en daarom gaan we eigenlijk nog steeds goed.

Beneden slapen Evelien en Tobias.
Tobias zou nog dagen kunnen ademen. Dat is mogelijk. 

 

Filterkoffie

Tegen 1 uur word ik wakker van een geluid door de babyfoon. Ik ben niet echt wakker. Het geluid klinkt heel ver weg.
Ik verbeeld me dat Evelien koffie zet met gebruik van een filter. Dat klopt helemaal niet, want we hebben een koffieapparaat die dat automatisch doet. Maar ik moest van ver komen.

Rechtop

Daarna doezel ik weer in. Niet lang word ik weer wakker door het geluid. Zal Evelien koffie zetten op de old school manier? Het gepruttel van de koffie is toch duidelijk hoorbaar. Dan schiet ik rechtop in bed. En luister. Ik moet me goed concentreren, maar het is geen koffie. Het klinkt als een zware ademhaling. Ik zet de babyfoon uit. En schiet naar beneden. Het is Tobias. Gegorgel. Slijm wat ter hoogte van de borstkas op en neer gaat. Hij heeft de kracht niet meer om het slijm weg te krijgen.
Tobias is er bijna.  Hij straalt rust uit. En ik weet dat het genoeg voor hem is geweest.  

 

Onnodig denkwerk

“Zal ik Lisethe bellen?” zeg ik. “Ja doe maar…” zegt Evelien. En dus bel ik het nummer. Lisethe, onze steun en toeverlaat, neemt dus op. Midden in de nacht. Ze is nog niet wakker. Ze hoort dat Tobias filterkoffie zet.
“Dit is het laatste.” zegt ze. Da’s voldoende.
We hangen op. Even stel ik mezelf de vraag of zij nou gewoon verder gaat slapen? Of dat dit haar wakker houdt, maar wat doet die vraag er toe. 

 

Dag

Ik loop naar Tobias. Hij zweet. Het lichaam werkt keihard om te redden wat er te redden valt én zo de boel gaande te houden. Zo heb ik zijn lichaam nog nooit zien werken. Zijn hart pompt, zijn longen pakken alle lucht op. Het kan ook niet anders. Het is gemaakt om nog heel lang mee te kunnen.
Maar de tumor zet hem langzaam uit. Tobias straalt rust uit en alles voltrekt zich in een bepaalde kalmte. De dag start.
De zon komt op.
Er schijnt een mooi ochtendlicht door de gordijnen. 

 

De boot

Noovie slaapt nog. Boven is alles stil. Wij zijn heel bewust bij Tobias. Alsof Evelien en ik op een houten steiger bij een groot meer liggen. Op onze buik. Terwijl we beiden de boot nog vasthouden, voorzien we Tobias van lieve woorden. Zo drijft hij op het water en gaat de mist in.
De nevel.
We laten de boot los.
Hij blijft nog even liggen. 

 

Snel

Op dat moment komt Pip door het kattenluikje. “Mwroa.” En hij kroelt tegen mijn been. Wat hij wil is eten. Het is vijf voor half tien. Iedereen is van slag en meneertje koekepeertje wil eten.
“Weet je wat? Je krijgt een lekker zakje vlees.” zeg ik.
“Mwroa.” zegt ‘ie.
Op het aanrecht in de keuken vul ik zijn bakje. Hij kan niet wachten om aan te vallen. “nou nou niet zo schrokkig, vanochtend heb je ook al eten gehad” zeg ik nog.
Met de verpakking in de hand loop ik naar buiten want ik gooi het gelijk in de container.
“Snel, snel” hoor ik Evelien zeggen.
Het is voor mij bedoeld.
In één sprint ren ik terug naar het bed. 

 

Ademen

Heel langzaam en diep ademt hij.
Z’n borstkas omhoog.
Z’n borstkas omlaag.
Z’n borstkas omhoog.
Z’n borstkas omlaag.
Hij schokt heel even.
En blaast alle lucht uit. 

Het is tijd om te gaan.
De boot is het meer op.
De nevel in.
We laten los. 

Op een briefje schrijf ik nul, negen, twee, acht.
Het tijdstip van overlijden.
We huilen.
Troosten elkaar. 

 

dag

Ik haal Noovie uit bed. En vertel haar dat Tobias is overleden. Ze huilt. We gaan naar beneden. Aan het bed houden we zijn rechterhand vast. Tobias verandert van kleur. Zijn hand is wit.
En zo zitten we minuten lang.
Stil.
Tranen.
Niks. 

We knuffelen Tobias. We zeggen mooie woorden voor als je op reis bent.
Ik voel van alles.
Maar vooral heel veel verdriet.
Heeeel veeeeeeeel.
Deze ongelofelijk verdrietige rollercoaster is gestopt.

Dag lieve Tobias. 

#held
#vooraltijd
#liefde

 

 

Bonusdag #248

4 gedachten over “Het is tijd om te gaan”

  1. Kriebels in mijn buik. Alles komt terug.
    We hebben dit zelfde meegemaakt. Alles wat ik heb gelezen is zo herkenbaar. Tobias en Lucas, wat zullen ze samen mooi spelen daar boven. DIPG is een rot ziekte, een tumor die je zelfs je ergste vijand niet toe wenst.
    Voor jullie nu 3 jaar geleden, voor ons 6 jaar, zelfde vreselijke ziekte maar in een ander land en toch voel ik me verbonden omdat ik ook Nederlands ben.
    Ik wens jullie allemaal vandaag heel veel sterkte.
    Lieve groetjes uit Spanje

  2. Dag Reitse, Evelien en Noovie

    Het is nog steeds verdrietig. Drie jaar geleden alweer.
    Ik denk er nog elke dag aan.

    Joop

  3. Vol tranen heb ik jullie verhalen gelezen, mijn broer is op zijn 6e overleden aan een hersentumor.
    (Op oudejaarsavond), ik wens jullie veel sterkte , en denk goed om jullie dochter.Mijn ouders kunnen nog steeds niet omgaan met het overlijden van mijn broer, ik werd vaak onbewust “vergeten”, en ben hierdoor ook getekend voor het leven, dikke knuffel van mij

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.